W
1
.1 Belevingsgerichte zorg - De bewoner bepaalt
Sinds verpleeghuis Bergweide 13 jaar geleden belevingsgerichte zorg invoerde, worden verzorgenden hierin getraind. Welke punten staan centraal in belevingsgerichte zorg? Hoe kom je tot een succesvolle invoering? En hoe train je de medewerkers bij het in de praktijk uitvoeren van belevingsgerichte zorg?
Monique Ekers, hoofd zorg i.s.m. Cora Schrijver BGZ-coach verpleeghuis Bergweide Heerlen
|
W
2
.1 Cliëntgerichte zorg - Zorgtrajectbegeleiders
De ZTB-er wordt ingeschakeld vanaf het eerste vermoeden van dementie en blijven betrokken tot na het overlijden van de cliënt. De ZTB-er ondersteunt de cliënten en mantelzorgers bij crisissituaties en het voorkomen van opnamen, zodat cliënten langer thuis kunnen blijven wonen. Hoe is de begeleiding georganiseerd? Welke interventies zijn er mogelijk?
Marian Salari ketenregisseur i.s.m. Ad Plaisier ondersteuner zorgketen dementie GGZ Eindhoven en omstreken
|
W
3
.1 Belevingsgerichte zorg - Observatietechnieken
Door intensieve observatie is het mogelijk behoeften en welzijn van mensen met dementie in kaart te brengen en daar actief op te anticiperen. 'Caring Home' werkt met beweegsensoren om activiteiten en bewegingen thuis in beeld te brengen. 'Dementia Care Mapping' is een observatiemethode ter ondersteuning van belevingsgerichte zorg. Beide methoden worden toegelicht.
John Rietman, zorgmanager Proteion thuiszorg i.s.m.
Aukje Post, projectleider DCM Thuiszorg de Friese Wouden
|
W
1
.2 Bewegen - Bewegen als dementie remmer
Waarom is bewegen goed voor mensen met dementie? Wat is de invloed van bewegen op de ontwikkeling van dementie? Bij wie werkt dat wel en bij wie niet?
Erik Scherder, hoogleraar Klinische Neuropsychologie i.s.m. Karin Volkers, onderzoekster VU Amsterdam
|
W
2
.2 Bewegen - Bewegen als therapie
Bewegen is goed voor de conditie en het brein. Bewegen kan helpen bij het terugdringen van depressieve klachten en het omgaan met de gevolgen van dementie. Er zijn bewegingsinterventies ontwikkeld voor mensen met dementie thuis, in ontmoetingscentra en zorginstellingen. Zowel de toegepaste methodieken als de (mogelijke) effecten worden toegelicht.
Rose Marie Dröes, universitair hoofddocent Zorg en Ondersteuning bij dementie VUmc Amsterdam i.s.m. Annemargriet Pot, hoogleraar psychologie VU Amsterdam en hoofd Programma Ouderen Trimbos Instituut
|
W
3
.2 Bewegen - Spelenderwijs bewegen
Is spelenderwijs bewegen een goede aanjager voor activiteiten? Of zijn we in de zorg teveel risicomijdend? In steeds meer verpleeg- en verzorgingshuizen wordt de Wii spelcomputer ingezet voor vermaak en beweging. Ook bewegen op buitenklimtoestellen rukt op. Hoe kan je een dergelijke toepassingen het best inzetten en wat zijn de eerste resultaten?
Adrianne Koch, vrijwilligerscoördinator Sichting Coloriet i.s.m. Ruud Dirkse, projectleider Spelenderwijs Bewegen Humanitas Rotterdam en directeur DAZ
|
W
1
.3 Bewegingsvrijheid - Dwaaldetectie en leefcirkels op maat
Welke mogelijkheden biedt GPS voor mensen met dementie en hun mantelzorgers in de thuissituatie? Het Trimbos-instituut onderzoekt de effecten en deelt die met u in deze workshop. Ook voor het verpleeg- en verzorgingshuis bestaan er systemen die de leefwereld van de cliënt kunnen vergroten. Hoe werkt deze techniek? Welke mogelijkheden biedt het de cliënt en de medewerkers?
Bernadette Willemse, projectleider GPS-projecten Trimbos-instituut i.s.m. Frans Stravers, directeur Mextal/Viedome
|
W
2
.3 Bewegingsvrijheid - Open afdelingen
Bij de Stichting RAZ kent men geen gesloten afdelingen voor dementerenden. Dementerende bewoners en niet-dementerende bewoners wonen door elkaar heen en hebben soms zelfs gezamenlijke activiteiten. Dit kan vooral dankzij intensieve begeleiding van betrokkenen. Deze workshop gaat in op de vraag: open afdelingen, hoe is het mogelijk?
Irmgard van Dixhoorn, psychogerontoloog RAZ
|
W
3
.3 Bewegingsvrijheid - Praktisch uitbannen Zweeds banden
Met de opvatting dat de inzet van Zweedse banden moet worden vermeden zijn velen het eens. Het uitbannen van de Zweedse Banden vereist echter een multidisciplinaire aanpak. Hoe voer je dementiezorg zonder gebruik van de Zweedse Banden in? Wat vraagt dit van alle verschillende disciplines binnen de organisatie?
Merel van Uden Sting Zorgprojecten & landelijke Beroepsvereniging Verzorging
|
W
1
.4 Ketenzorg - Organisatie ketenzorg
Uitgangspunt van het Amsterdamse ketenzorgproject StIDA is de garantie op verantwoorde, efficiënte en continue zorg gedurende het gehele ziekteproces vanaf de eerste signalen van dementie. Hoe organiseer je deze keten? En welke eisen stelt een goede ketenzorg aan de diverse organisaties?
Cees Jonker, hoogleraar dementie VUmc en voorzitter Stuurgroep Zorgketen Dementie Amsterdam
|
W
2
.4 Ketenzorg - Casemanager dementie
In Friesland werken vanuit casemanagement vele zorginstanties samen. Van huisarts, thuiszorg, verpleeghuis en GGZ-instelling tot de gemeente vanuit de Wmo. De casemanager staat naast de cliënt en diens familie en probeert een evenwicht te vinden tussen bemoeizorg en privacy. Welke organisatie- en financieringsvormen zijn er voor de inzet van casemanagers? Hoe ziet deze functie eruit in de praktijk?
Eileen van Ligten, adviseur Ruysdael i.s.m. Marleen Milder, Zorggroep Noorderbreedte
|
W
3
.4 Ketenzorg - Wijkgerichte expertiseteams
Wijkgerichte expertiseteams combineren diagnostiek met het multidisciplinair behandelen, begeleiden en adviseren van mensen met dementie, hun familie en mantelzorgers in alle fasen en facetten van het dementieproces. Hoe zijn deze teams georganiseerd? En welke rol en bevoegdheden hebben de persoonlijke begeleiders?
Carola van Teunenbroek, Specialist ouderengeneeskunde , Petra van Tellingen-Besseling, Persoonlijk begeleider dementie GC Oost & Saskia van Zutphen, Persoonlijk begeleider dementie GC de Haak allen Zorggroep Almere
|
W
1
.5 Communicatie - Lerend vermogen
Veel mensen denken dat dementerenden niets meer kunnen leren en alleen maar achteruit gaan. Dat is een misverstand. Met veel aandacht en geduld zijn dementerenden wel degelijk nog van alles aan te leren. Hoe pak je dat aan en wat voor effecten zijn te verwachten?
Liesbeth Joosten, klinisch psycholoog UMCN St Radboud en medische psychologie Alzheimer Centrum Nijmegen
|
W
2
.5 Communicatie - Invloed van taalgebruik
Communiceren met een dementerende kan lastig zijn. Vaak komt het aan op gevoel en inlevingsvermogen. De boodschap (verbaal, maar zeker ook non-verbaal) afstemmen op wat de dementerende kan bevatten is daarbij heel belangrijk. Met welke basisregels kan je uit de voeten? Een praktische doe-workshop aan de hand van videobeelden uit de praktijk. Andrea de Groot, opleider Video Interactie Begeleiding
|
W
3
.5 Communicatie - Muziek en 'geestelijke' verzorging
Interdisciplinair belevingsgericht werken. Een bijzondere samenwerking tussen muziektherapie en geestelijke verzorging. Beide werkwijzen richten zich op het gezonde deel van de dementerende bewoners en sluiten aan bij wat de bewoners zelf aangeven, zowel in woorden, emoties, als in lichaamstaal. Ervaar zelf het unieke samenspel tussen muziek en geestelijke verzorging.
Irene Maijer, muziektherapeute Cordaan en Paula Irik, geestelijk verzorger Cordaan
|
W
1
.6 Invloed omgevingsfactoren - Invloed van licht
Licht is een eerste levensbehoefte. Te weinig licht heeft invloed op ons welbevinden. Wat is de invloed van licht op dementerenden? Wat kan er thuis en in een verpleeg- of verzorgingshuis met licht worden gedaan? Wetenschappelijke inzichten worden verbonden aan praktische lichtplannen en goede parktijkvoorbeelden.
Toine Schoutens, directeur Stichting Onderzoek Licht en Gezondheid
|
W
2
.6 Invloed omgevingsfactoren - Natuur en dieren
Mensen met dementie beleven hun wereld steeds meer door middel van hun zintuigen. Contact met natuur en dieren bevat een rijkdom aan prikkels en wordt als heel positief ervaren. Maar welke psychosociale en fysieke effecten zijn er te bereiken? Hoe richt je een belevingstuin in voor mensen met dementie?
Marie-josé Enders-Slegers, psycholoog Universiteit Utrecht en Anke Wijnja, ontwerpster belevingstuinen Bureau Fonkel
|
W
3
.6 Invloed omgevingsfactoren - (Gebouwde) omgeving
Mensen met dementie hebben intensieve zorg nodig, in een omgeving die structuur en houvast biedt. Hoe kan je voor mensen met dementie een omgeving creëren die veiligheid biedt, maar ook toegankelijkheid, gebruikersgemak, ontspanning en activering? Deze workshop geeft u wetenschappelijk inzicht en praktische handvatten.
Joost van Hoof, projectleider en onderzoeker Lectoraat Vraaggestuurde Zorg Hogeschool Utrecht
|
W
1
.7 Voeding - Ondervoeding
Ondervoeding verergert dementie en een zwaardere vorm van dementie veroorzaakt eetproblemen. Hoe doorbreek je deze vicieuze cirkel? Wat voor gevolgen heeft ondervoeding voor mensen met dementie? Hoe kan worden omgegaan met afweergedrag van dementerenden bij eten en drinken?
Hanny Groenewoud, docent/onderzoeker kenniskring transities in zorg Hogeschool Rotterdam i.s.m. Lisette de Groot, hoogleraar Voeding van de oudere mens Wageningen Universiteit
|
W
2
.7 Voeding - Kauwen en mondhygiëne
Uit steeds meer onderzoek blijkt dat kauwen goed is voor het geheugen. Dit onderstreept het belang van voedsel waar men goed op moet kauwen. Kauwen vereist echter een goed gebit. Mondzorg voor ouderen met dementie laat te wensen over, waardoor vaak zacht voedsel wordt geserveerd. Hoe doorbreken we deze vicieuze cirkel?
Roxane Weijenberg onderzoekster VU Amsterdam i.s.m. Erik Scherder, hoogleraar Klinische Neuropsychologie, Vrije Universiteit Amsterdam
|
W
3
.7 Voeding - Zelf koken
Steeds meer (kleinschalige) wooncentra gaan er toe over om ook dementerenden zelf te laten koken. Met soms verrassende positieve resultaten. Ook de ambiance van de eetplek blijkt van invloed op eetgedrag van mensen met dementie. Hoe organiseer je koken met dementerenden? Welke elementen beïnvloeden het eetpatroon van de bewoners?
Lena Hillenga, beleidsmedewerker Landelijk Overleg Cliëntenraden i.s.m. Christine van Lavieren, teamleider activiteitenbegeleiding stichting Quarijn
|
W
1
.8 Medicatie en behandeling - Probleemgedrag
Bij probleemgedrag kan medicatie nodig zijn. Wat is het effect? Hoe voorkom je te hoge doseringen? In welke situaties werkt medicatie wel en in welke niet? Hoe is de inzet van medicatie zoveel mogelijk te beperken?
Prof. dr. Raymond Koopmans, hoogleraar verpleeghuisgeneeskunde verbonden aan het Centrum voor Huisartsgeneeskunde, Ouderengeneeskunde en Public Health
|
W
2
.8 Medicatie en behandeling - Pijnbestrijding
Mensen met dementie kunnen pijn vaak niet goed aangeven. Het niet herkennen van pijn kan onnodige immobiliteit tot gevolg hebben en zelfs leiden tot depressie. Beide gevolgen hebben een negatieve invloed op het cognitief functioneren. Zo kan pijn een bron zijn voor gedragsproblematiek. Hoe herken je pijn bij mensen met dementie? Welke interventies zijn er mogelijk?
Wilco Achterberg, specialist ouderengeneeskunde VUmc en hoofd Universitair Netwerk Ouderenzorg i.s.m. Bart Plooij, onderzoeker VUmc
|
W
3
.8 Medicatie en behandeling - Slapen en geheugen
Slaapproblemen zijn de voornaamste reden dat mensen met dementie in een verpleeghuis worden opgenomen. Naast de zorg die nachtelijke onrust met zich meebrengt, zijn slaapstoornissen ook schadelijk voor het geheugen. Hoe zorg je voor een goede nachtrust? Helpt slaaptherapie bij dementie?
Ysbrand van der Werf, onderzoeker Nederlands Instituut voor Neurowetenschappen en VUmc
|
W
1
.9 Speciale cliëntgroepen - Culturele diversiteit
(U kunt zich helaas niet meer inschrijven voor deze workshop!)
Dementerende allochtonen maken weinig gebruik van de reguliere ouderenzorg. Familieleden willen de zorg doorgaands niet uitbesteden. Ook heerst er in sommige culturen een taboe op dementie. Mantelzorgers worden hierdoor extra zwaar belast. Transvaal in Den Haag heeft veel ervaring met dementiezorg voor allochtone cliënten en wil deze kennis graag delen.
Frits Rijsemus, directeur Transvaal i.s.m. een mantelzorger
|
W
2
.9 Speciale cliëntgroepen - Jong dementerend
Lange tijd kregen jong dementerenden dezelfde zorg en aandacht als mensen die op oudere leeftijd dement werden. Er zijn echter een aantal redenen om het zorgaanbod voor deze groep aan te passen. Welke vormen van jong dementerenden zijn er? Waarin verschilt dementie op jonge leeftijd met dementie op oudere leeftijd? Welke extra belasting geeft het voor de mantelzorgers?
Philip Scheltens, hoogleraar Cognitieve Neurologie, VU Amsterdam en hoofd Alzheimercentrum VUmc i.s.m. Rolinka Romkes, casemanager Geriant en voormalig zorgcoördinator jongdementerenden VUmc
|
W
3
.9 Speciale cliëntgroepen - Frontotemporale dementie
Frontotemporale Dementie, ook wel Ziekte van Pick, vormt een specifieke dementiegroep die veel probleemgedrag vertoont. Frontotemporale Dementie begint niet met geheugenverlies, maar met gedrags- en persoonlijkheidsverandering. Hoe is deze vorm in een vroeg stadium te diagnosticeren? Welke specifieke kenmerken vertonen de patiënten? En wat zijn de gevolgen voor de nog vaak jonge mantelzorgers?
Samantha Riedijk, psycholoog Erasmus MC i.s.m. Yolande Pijnenburg projectleider Alzheimercentrum VUmc en voorzitter FTD-expertgroep
|
W
1
.10 Algemeen - Zorgtechniek en zelfredzaamheid
Steeds meer mensen met dementie willen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen.Toepassingen als zorg op afstand, (medische) hulpmiddelen en domotica ondersteunen de zelfredzaamheid van mensen met dementie in de thuissituatie. Deze workshop biedt een overzicht van de verschillende technologische toepassingen, gericht op de thuissituatie.
Jan Thie, senior projectleider Vilans i.s.m. Helianthe Kort, lector vraaggerichte zorg Hogeschool Utrecht
|
W
2
.10 Algemeen - Kleinschalig wonen (Organisatie en personele bezetting)
Hoewel alle zorginstellingen dezelfde bekostiging kennen, zien we in de praktijk grote verschillen in personeelsbezetting. Er zijn verpleeghuizen die overdag 2 groepsleiders op 6-8 dementerenden hebben, terwijl anderen 1 groepleider inzetten. Hoe krijgen de instellingen met een hoge personeelsbezetting dat voor elkaar? Verpleeghuis Zuyderwaert deelt haar ervaringen en keuzes.
Peter Schaerlaeckens, regiodirecteur Magentazorg
|
W
3
.10 Algemeen - Dementiezorg thuis
Workshop over de organisatie en ondersteuning van de zorgverlener en mantelzorger.
De toekomst voor de dementiezorg ligt thuis. Nu al woont bijna 70% van alle mensen met dementie thuis. Wat vraagt deze ontwikkeling van de zorgverleners, casemanagers, cliënten en mantelzorgers? In deze workshop bespreken we de randvoorwaarden voor goede dementiezorg thuis. Speciale aandacht gaat uit naar coaching via internet en het project 'Dementie de baas'.
Paul-Jeroen Verkade casemanager en Peter-Paul Feith psycholoog Geriant i.s.m. Annemargriet Pot, hoogleraar VU Amsterdam en hoofd Programma Ouderen Trimbos Instituut
|